Jan Otten

Donderdagavond 23 mei overleed mijn vriend en oud-collega Jan Otten. Enkele dagen daarvoor was hij wegens problemen aan zijn luchtwegen door een ambulance naar het OLVG gebracht. Daar liep hij een dubbele longontsteking op en ging het snel bergafwaarts met hem. Hij was net 82 geworden. Als ik Jan niet had gekend, had mijn leven er in de afgelopen 44 jaar heel anders uitgezien. Dinsdag 29 mei heb ik samen met honderden anderen afscheid van hem genomen in De Waalse Kerk, want Jan was zeer geliefd, bij familie en vrienden, bij zijn personeel, bij collega-ondernemers en bij veel bewoners.

fotografie Nico Brons © 2016

Met het overlijden van Jan verliest de oude binnenstad een kleurrijke ondernemer en bewoner wiens droom in 1996 uitkwam toen hij met hulp van zijn jeugdvriend Charles Geerts de kans kreeg om eigenaar te worden van Casa Rosso, het wereldberoemde liveshowtheater op de Oudezijds Achterburgwal. Jan was er jarenlang werkzaam, eerst als stoepier en daarna als bedrijfsleider. Van januari 1992 tot oktober 1996 pachtte hij het bedrijf al van de toenmalige eigenaar. Behalve van het iconische Casa Rosso werd Jan in 1996 ook eigenaar van de Bananenbar en het Erotisch Museum.

Jan was tot voor kort nog dagelijks te vinden bij de ingang van zíjn Casa Rosso, waar hij de laatste jaren van zijn leven praktisch naast woonde.  

Eerste kennismaking

Toen ik in de zomer van 1980 terugkwam van vakantie en aan Gerrie Meser, destijds de bedrijfsleider van Casa Rosso, wilde melden dat ik weer beschikbaar was om middagdiensten te draaien als stoepier, stond op verkooppunt Club Number One een vriendelijk ogende wat oudere man met half lang krullend haar onwennig passanten aan te spreken of ze een kaartje wilden kopen voor een liveshow. Ik grapte tegen Gerrie: “Ik zie dat Tom Jones nu op mijn plek staat.” Waarop Gerrie zei: “Dat is Jan, een vriend van Chris. Jan worstelt bij Hercules, net als Chris, en zocht werk. Ik moest hem van Joop een baantje geven als stoepier.”

‘Chris’ was Chris Dolman, een van de ordecommissarissen van het bedrijf, en ‘Joop’ was Maurits ‘Zwarte Joop’ de Vries, de aartsvader van Casa Rosso.

We raakten al snel bevriend, Jan en ik. Hij woonde met Greetje in een flat in Purmerend. In de woning hingen en stonden overal telefoons in alle soorten en maten, antieke, moderne en alles ertussenin. Ze hingen aan wanden in de keuken, in de badkamer, zelfs in het toilet. De meeste telefoons waren aangesloten op het telefoonnet. Als er werd gebeld, klonk er een kakafonie van allerlei soorten belgeluiden in het appartement.  

Tweede thuis

Jan maakte van zijn verkooppunt op Oudezijds Achterburgwal 76, waar zich ook sportschool Oyama bevond, zijn tweede thuis. Als hij ging werken kreeg hij van Greetje een grote pan Macaroni of Chili Con Carne mee. Die zette Jan dan rond etenstijd op een elektrische kookplaat in de sportzaal op de begane grond. Stoepiers die elders voor Casa Rosso aan het werk waren, kwamen dan een voor een langs voor het avondeten. Er werd gegeten met plastic bestek vanuit plastic bakjes die Jan bij de Makro haalde.

Een écht Italiaans espressoapparaat had Jan er ook staan. Niet alleen voor zichzelf, maar ook voor zijn collega’s. Als Jan aan het werk was, werd een dienst draaien als stoepier iets om naar uit te kijken.

Conditie

Door in Purmerend worsteltrainingen te geven aan collega-stoepiers en andere medewerkers van Casa Rosso, zorgde Jan voor saamhorigheid binnen het bedrijf. Later, toen ook enkele stoepiers van de concurrerende Walburga Abdij/Le Boudoir (De Satanskerk) zich voegden bij het trainingsgezelschap, ontstond ook saamhorigheid op de gracht. Zo leerden we de medewerkers van de concurrent ook kennen terwijl De Satanskerk en Casa Rosso voorheen gescheiden werelden waren.

Club 26              

In een oud pakhuis naast Casa Rosso was het casinobedrijf gevestigd van Joop: Club Cabala. In 1981 breidde Cabala uit naar de naastgelegen Leeman-panden en werd het kleine casino omgetoverd tot een mega gok- en entertainmentpaleis: Club 26. Er kwam ook een sportschool in, exclusief en uitsluitend voor dames.  

In mei 1982 opende Club 26 haar deuren. Tijdens de openingsfestiviteiten liepen échte olifanten over de gracht, afkomstig van Circus Toni Boltini. In het casino zelf speelde jazztrompettist en pianist Nedley Elstak met zijn trio.   

Onderdeel van het openingsfeest van Club 26 was ook de Miss Holland verkiezing van dat jaar. Jan en ik maakten het allemaal van nabij mee. Jan als stoepier, ik ondertussen als geluidstechnicus van het theater. Wij werkten naar ons idee bij het mooiste bedrijf ter wereld. Hier gebeurde hét. We waren één grote familie; de bedrijfsleider, de stoepiers, de dames en heren op het toneel, de bardames, de discjockeys, de ordecommissarissen, de croupiers, de blackjack dealers.

We organiseerden een voetbalwedstrijd in het Amsterdamse Bos, de medewerkers van Casa Rosso tegen die van Club 26, en andere activiteiten.

Een jaar later stond het bedrijf van ‘Zwarte Joop’ opnieuw in de belangstelling, ditmaal van de FIOD. Die deed dinsdagavond 12 april 1983 een inval in Club 26 en confisqueerde al het aanwezige geld, de blackjack- en roulettetafels, de baccarattafel, de crapstafel en de gokautomaten. Het gokpaleis werd na amper een jaar open te zijn geweest, op last van justitie gesloten.

Werken zonder salaris

Vlak na de inval werd een bijeenkomst voor het personeel georganiseerd. De boodschap was: er is geen geld meer. Wie wilde werken moest dat een tijdje zonder salaris doen. Een hoop medewerkers namen op dat moment afscheid van het bedrijf, waaronder Gerrie de bedrijfsleider. Toen Joop een week na de FIOD-inval in een splinternieuwe Lamborghini de gracht op kwam rijden, terwijl iedereen ‘gratis’ moest werken om weer wat geld binnen te krijgen voor het bedrijf, viel dat niet in goede aarde bij het resterende personeel. Behalve bij Jan Otten. Jan snapte dat Joop daarmee wilde provoceren, aan de autoriteiten wilde laten zien: mij krijg je niet klein. Ik lach jullie allemaal uit.  

Jan bleef vertrouwen houden in Joop en wist mij over te halen om er te blijven werken. Als beloning voor zijn loyaliteit werd Jan de nieuwe bedrijfsleider van Casa Rosso. Van kaartjesverkoper naar bedrijfsleider. Het betekende een belangrijke stap in zijn carrière.  

Club 26 was al snel weer open voor het publiek, eerst het entertainmentgedeelte en daarna het casino. Er werd weer gewoon salaris betaald en alles leek weer ‘normaal’ tot zich opnieuw donkere wolken samenpakten boven het bedrijf.

De brand

In de nacht van 16 op 17 december 1983 werd tijdens de druk bezochte bingoavond brand gesticht in Club 26 door een ontslagen medewerker genaamd Joseph Lan die er niet meer in mocht van Edith, de dochter van Zwarte Joop. Dat zullen we nog wel eens zien zei Lan toen hem de toegang werd ontzegd. Even later kwam hij terug met een jerrycan vol benzine en voegde de daad bij het woord. 13 mensen kwamen om het leven bij de brand die al snel van Club 26 oversloeg naar het naastgelegen Casa Rosso theater dat eveneens vlam vatte en volledig afbrandde.

Het was mijn avond maar ik had mijn dienst geruild met mijn collega discjockey Theo Lammers, op zijn verzoek. Jan was die bewuste avond wel aan het werk en zag Lan met een jerrycan en een verwilderde blik over de gracht lopen. Van de ordecommissarissen van Joop was helemaal niemand te bekennen om Lan tegen te houden, zo vertelde Jan mij later. Toen hij rook zag nadat Lan Club 26 was binnengelopen met zijn jerrycan, drukte Jan gelijk op de brandalarmknop in de kassa die in rechtstreekse verbinding stond met de brandweer. Daarna evacueerde hij alle verdiepingen van het theater, waar op de begane grond een nieuwe show op het punt van beginnen stond. De brand had een enorme impact op de gracht, ook op Jan. De verslagenheid was groot.

Buddy Buddy

Enkele dagen na de brand vonden Jan en ik tijdelijk werk als kassier in de speelhallen van Joop in de Molensteeg en aan de Oudezijds Achterburgwal (Buddy Buddy). Jan draaide zijn kassadiensten meestal in Buddy Buddy en ik in de Molensteeg. Dat Jan in Buddy Buddy ging werken had een reden. Dat was om binding te houden met de koppels die in Casa Rosso de liveshows verzorgden en door de brand zonder werk zaten.

Jan had geregeld dat zij tijdelijk aan de slag konden bij concurrent Moulin Rouge recht tegenover Buddy Buddy. Jan werd daar een soort externe bedrijfsleider en maakte de werkroosters voor Moulin Rouge. Zo was Casa Rosso straks verzekerd van ‘artiesten’ als het liveshowtheater weer open ging op de nieuwe locatie waar burgemeester Van Thijn persoonlijk zijn fiat aan had gegeven. 

Op 18 mei 1984 opende Casa Rosso haar deuren in het gebouw waar het wereldberoemde liveshowtheater thans nog steeds is gevestigd: Oudezijds Achterburgwal 106-108.

Pink Elephant

Joop was weliswaar zwaar aangeslagen door de brand, maar zijn ondernemersgeest was hij niet kwijtgeraakt. Eind 1984 kocht hij stripclub Piccadilly op het Thorbeckeplein en transformeerde het binnen enkele maanden tot een luxueuze nachtclub genaamd Pink Elephant, met live muziek en entertainment van het hoogste niveau.

‘Maup’ Caransa en ‘Zwarte Joop’ de Vries voor de Pink Elephant

Joop wilde dat Jan Otten zijn nieuwe club ging leiden. Ik werd zijn assistent, en tevens licht- en geluidstechnicus. Toen deze nieuwe uitdaging voorbij kwam, werkte Jan fulltime in het nieuwe Casa Rosso theater en werkte ik zowel als discjockey in Casa Rosso als in de speelhallen Molensteeg en Buddy Buddy als kassier.

Jan en ik gingen dus samen voor De Vries op het Thorbeckeplein aan de slag, eerst in de oude Piccadilly, om alvast kennis te maken met het échte nachtleven, en vervolgens – na de verbouwing – in de Pink Elephant.

De aan de buitenzijde met roze letters gesierde nieuwe nachtclub, waar voornamelijk champagne werd geschonken, trok bezoekers met een dikke portemonnee uit alle windstreken. Dat was precies de bedoeling.

Jan, gekleed in een wit smokingsjasje met daaronder een wit overhemd met vlinderdas en een zwarte pantalon, voelde zich in de Pink Elephant als een vis in het water. Hij was de perfecte gastheer.

De dagelijkse show, met livemuziek en een internationaal ballet onder leiding van de Egyptische choreagraaf Gharib Amon, jongleurs, acrobaten, goochelaars en een striptease-act uit Parijs, had zonder meer klasse. De artiesten werden geboekt bij het impresariaat van John Wardell.   

Moshe Noy & The Dolphins waren lang de huisband van de nachtclub. Het repertoire konden we dromen. Jan dirigeerde meestal het openingsnummer van het orkest, staand op het podium, druk gebarend, tot groot vermaak van het publiek.   

Als Jan zondags vrij was, had ik de leiding in de Pink Elephant. Ook als Jan met vakantie was.

Helaas heeft de Pink Elephant maar kort bestaan. Een paar dagen nadat Joop op 13 juli 1986 aan een hersenbloeding overleed, legde de belastingdienst beslag op al zijn bedrijven en onroerend goed. Enkele maanden later werd het faillissement uitgesproken.

Als Jan en ik elkaar later spraken en herinneringen ophaalden, kwam altijd de Pink Elephant-tijd voorbij. Jan zei dan iedere keer: ‘dat was de allermooiste tijd’.    

In die periode liepen we ook de halve marathon van Amsterdam, want voor het Amsterdamse nachtleven moest je een goede conditie hebben.

Maarten Lamers

Allard Voûte van het destijds bekende advocatenkantoor Loeff Claeys Verbeke werd door de rechtbank aangewezen als curator om het faillissement af te wikkelen. De winstgevende delen van het imperium van Zwarte Joop moesten overeind worden gehouden. Zodoende werd Casa Rosso verpacht aan Goldwater BV, een vennootschap van Maarten Lamers, eigenaar van Walburga/Le Boudoir (de Satanskerk) verderop. Jan werd er weer bedrijfsleider, maar nu onder Lamers.  

Ik had niks met Lamers en had bovendien genoeg seks op het toneel gezien. Na een paar maanden hield ik Casa Rosso voor gezien en verhuisde naar de speelhallen-tak, het andere winstgevende onderdeel van het imperium dat overeind moest blijven om alle openstaande schulden te betalen.

Jan had ook geen klik met Lamers. Hun inzichten hoe het bedrijf moest worden gerund lagen mijlenver uit elkaar. Maar Jan wist: dit is maar tijdelijk, tot het faillissement is afgewikkeld. Dan is er weer een nieuwe situatie. Jan was in elk geval terug op zijn vertrouwde nest en zou Casa Rosso nooit meer verlaten.    

C.R. Wallen BV

Zo werd de in 1972 opgerichte Casa Rosso BV van het faillissement gered. In 1988 werd het pachtcontract met Lamers ontbonden en ging Casa Rosso BV het liveshowtheater weer zelf exploiteren. De naam van de vennootschap werd gewijzigd in C.R. Wallen BV. Edith de Vries en haar echtgenoot Hans Wiedeler werden de nieuwe aandeelhouders, Hans werd directeur en Jan Otten bedrijfsleider.

In 1988 nam C.R. Wallen BV de Walburga Abdij en Le Boudoir over van Maarten Lamers en transformeerden het tot één bedrijf: de Bananenbar.    

Toen Hans en Edith mij in 1990 vroegen om de administratie te verzorgen van het hele Casa Rosso-concern, inclusief de speelhallen, hoefde ik daar geen seconde over na te denken. Met ingang van 1 juni 1990 verhuisde ik van Speelautomatenhal Molensteeg 1 BV naar C.R. Wallen BV en werd daar financieel manager, of zoals de arbeidsovereenkomst luidde: hoofd administratie. Vanaf dat moment waren Jan en ik weer naaste collega’s bij hetzelfde bedrijf. Alleen onze werkplekken verschilden. Ik werkte vanuit het kantoor boven de speelhal in de Molensteeg, en Jan in het Casa Rosso theater op Oudezijds Achterburgwal 106-108.

Brouwersgracht

In 1991 diende zich in de persoon van Rob Grifhorst een koper aan voor het Casa Rosso-imperium. Grifhorst had in de jaren ’70 een vermogen verdiend met de verkoop van zijn doe-het-zelf-bedrijf ‘De Bouwvakker’ aan het Bijenkorf-concern dat het bedrijf daarna omdoopte tot Praxis. Het vermogen kwam terecht in Beleggingsmaatschappij Brouwersgracht BV, genoemd naar de gracht waar De Bouwvakker ooit is begonnen. Met die vennootschap is Grifhorst gaan beleggen in vastgoed. Nadat Brouwersgracht BV de panden Frieseweg 47 in Alkmaar en Overtoom 87 in Amsterdam in 1989 had verkocht aan Zweedse beleggers, herinvesteerde Grifhorst de verkoopopbrengst op de Wallen.   

Grifhorst liet als nieuwe eigenaar zijn vertrouwen in Jan onmiddellijk blijken met een aanbod dat Jan niet kon weigeren: Hij mocht Casa Rosso pachten van Beleggingsmaatschappij Brouwersgracht BV. Jan greep deze kans om Casa Rosso naar eigen inzicht te gaan runnen, dus zonder bemoeienis van bovenaf, met beide handen aan en richtte hiervoor Janot Entertainment BV op.     

Toen het Casa Rosso imperium op 2 januari 1992 werd verkocht aan Beleggingsmaatschappij Brouwersgracht BV, werd Janot Entertainment BV zodoende de nieuwe exploitant van het liveshowtheater en huurder van het Casa Rosso-pand en van de grachtenpanden waar zich de verkooppunten van het theater bevonden.  

Met ingang van 1 januari 1995 mocht Jan ook de Bananenbar pachten van Grifhorst, die het bedrijf van 1992 t/m 1994 eerst zelf had geëxploiteerd. Voor deze nieuwe activiteit richtte Jan een aparte vennootschap op: Caharo BV.   

Charles Geerts

Toen Grifhorst in 1996 zijn bedrijven en panden op de Wallen wilde verkopen, rook Jan zijn kans. Als pachter van Casa Rosso en de Bananenbar had hij eerste recht van koop. Voldoende kapitaal om de zaken rechtstreeks van Grifhorst te kopen had Jan echter niet, maar wel een jeugdvriend die wél het vermogen had om de bedrijven van Grifhorst over te kunnen nemen: Charles Geerts. Die kocht op 1 oktober 1996 Casa Rosso, de Bananenbar en het Erotisch Museum, inclusief de panden, en verkocht de bedrijven vervolgens door aan Jan, op afbetaling.   

Op 19 augustus 2009 verklaarde de in 2014 overleden Rob Grifhorst over de verkoop aan Geerts het volgende in het zogeheten Goudsnip-onderzoek:

‘Het seksgebeuren in Amsterdam, dus de Casa Rosso, de Bananenbar en het Erotisch Museum, verkoop ik aan Charles Geerts die het doorverkoopt aan Jan Otten. Ik verkocht niet aan Otten want hij kon het niet betalen. Geerts betaalde mij het bedrag ineens en verkocht het door aan Otten die hem in termijnen betaalde. Geerts wilde de rest van mijn bezit op de Wallen niet hebben.’

En zo verwezenlijkte Jan zijn droom en trad hij in de voetsporen van zijn grote voorbeeld, Casa Rosso-oprichter Maurits ‘Zwarte Joop’ de Vries. Ik had zelf op dat moment de speelhallen Molensteeg en Buddy Buddy van Grifhorst willen kopen maar ontbeerde een vermogende jeugdvriend die mij daarbij kon helpen. Het zou nog zes jaar duren voordat ik zelf de kans kreeg om eindelijk de bedrijven te kunnen kopen waarin ik jarenlang mijn hele ziel en zaligheid had gestoken.       

Bibob

In december 2007 presenteerde de gemeente Project 1012, een plan om de Wallen te ontdoen van ongewenste ondernemers en ondernemingen in onder meer de seks-, coffeeshop- en gokbranche en het gebied te upgraden. In januari 2008 ontvingen Casa Rosso, de Bananenbar en ook mijn speelhallen een brief van toenmalig burgemeester Job Cohen dat het uit was met de pret. Onze bedrijven konden naar nieuwe vergunningen fluiten, zo stelde de burgemeester in zoveel woorden. De brieven van Cohen aan Casa Rosso en de Bananenbar waarin op grond van de wet Bibob een voornemen tot sluiting werd aangekondigd en het Bibob-rapport dat ten grondslag lag aan het voornemen, stonden vol aannames en valse beschuldigingen die Jan diep raakten. Hoe het voelt om ten onrechte door de overheid van foute zaken te worden beschuldigd, daar kan ik over meepraten.  

De geheime grotendeels onleesbaar gemaakte documenten waar het voornemen op was gebaseerd, waren onder meer afkomstig uit het Kolbak-onderzoek waarin ik een van de verdachten was. Strafrechtelijke stukken zoals het proces-verbaal ‘Onderzoek Casa Rosso-imperium’ naar de aan- en verkoop van de bedrijven die daartoe behoorden in respectievelijk 1992 en in 1996, heb ik toen integraal met Jan gedeeld zodat hij zich beter kon verweren tegen de valse beschuldigingen. In de stukken die Jan van mij kreeg, was niks zwartgelakt. Behalve Jan waren ook zijn advocaten er blij mee.   

Tot een gerechtelijke uitspraak in de Bibob-procedure tegen Casa Rosso en de Bananenbar is het nooit gekomen. Burgemeester Cohen koos in 2009 eieren voor zijn geld en verleende uiteindelijk, ondanks een negatief Bibob-advies, aan zowel Casa Rosso als de Bananenbar nieuwe vergunningen.

De Bibob-zaken tegen mijn speelhallen zette de burgemeester wél door. Dit leidde na een uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven in maart 2012 tot een gedwongen sluiting van mijn bedrijven. Daar is het laatste woord nog niet over gesproken. Jan vond de sluiting van mijn bedrijven verschrikkelijk en leefde intens met mij mee. Hij was trots op me hoe ik mij al die tijd staande hield in alle juridische procedures.

Hart van goud

Jan had humor, hield van mensen en dieren en had een hart van goud. Hoewel wij elkaar niet dagelijks spraken hadden we een ijzersterke band. Toen mijn vader op 10 oktober 2022 overleed, was Jan de eerste die mij belde om mij een hart onder de riem te steken. En nu is Jan zelf overleden. Zijn gezondheid liet al een tijdje te wensen over, maar Jan was een taaie. Telkens wist hij te herstellen. Dat lukte hem afgelopen week niet meer.

Jan laat een prachtig gezond bedrijf na. De directie van De Otten Groep zal de bedrijven die daartoe behoren, te weten Casa Rosso, de Bananenbar, het Erotisch Museum, Theater 97, Sex Palace (de Peepshow), de Hospital Bar en Sexy Loo, voortzetten in de geest van Jan, zoals Jan het heeft gewild.  

11 gedachten over “Jan Otten

  1. Man wat een geheugen heb jij. Ik zit de hele tijd met ‘oh ja’, ‘verrek da’s waar’, ‘ach helemaal vergeten’. Andere dingen, zoals de brand, staan in je geheugen gebeiteld en krijg ik nog steeds een wee gevoel van (net als Hotel Polen).
    De Wallen is toch absoluut filmscriptmateriaal hoor. Of ben ik oud en melancholisch. Dat kan ook.

  2. Mooi geschreven Marcel.
    Jan was mijn neef maar ik heb hem niet goed gekend. Jouw zaken wel want mijn beste vriend René Geus werkte voor jou totdat de gemeente er een einde aan maakte.
    Bedankt voor je verhaal.

    Ron

  3. Hartstikke bedankt voor je verhaal, mijn tijd in Nederland was speciaal door de belevenissen in Amsterdam, het toppunt van mijn leven. Ik mocht door Euro Air, Hans Terpstra, in Amsterdam als mijn hoofdrayon werken. Onder andere alle zaken van Henk de Vries en Jan Otten. Het was zelfs voor gewoon werkende technici als mij een bijzonder plezier voor Jan en met zijn mannen te werken. Hierbij denk ik graag aan Rus, de timmerman en in het bijzonder Bob de Man terug. Het waren allemaal mannen van de beste soort. Ik herinner graag de vrijdagen, waar Jan met een kofferbak vol Mc Donalds lekkernijen bij de Casa Rosso voor reed om dit met iedereen die op dat moment in of bij zijn panden werkte samen te delen.

    Werken voor Jan was altijd op hoog niveau, alles moest en zou perfect uitgevoerd worden. Spannend was als ik op zaterdagavond tegen 21.00 uur een telefoontje van Jan kreeg, “Het is hier bloedheet, de artiesten staan in de kleedkamers te zweten“. Geen probleem, met enige trots kon ik tegen mijn vrouw en vrienden zeggen: “ik moet naar de Wallen, Jan van de Casa Rosso heeft gebeld“. Op dat moment, de Wallen waren al volgelopen met toeristen, wachtte een van de breedgeschouderde portiers op de Nieuwmarkt op mij om mij met mijn gereedschap door de menigte heen te helpen. Bij de Casa aangekomen moest men als eerste bij de kassa langs om van Jan zijn klacht te horen. Hij was altijd vriendelijk en met de vraag om het probleem goed op te lossen kreeg je een heel waardevolle handdruk 😉. Ik heb Jan over een tijd van zeker 15 jaar leren kennen en zou deze lieve man zeker nooit vergeten. Beste Marcel, ook jij behoort tot die kring waar ik met veel plezier voor gewerkt heb.
    Met vriendelijke groeten, Josch Nowak

  4. Beste Marcel,
    Van Jan Otten had ik een deel van het verhaal gehoord, maar jouw schrijven maakt het compleet!
    Ja we zullen Jan enorm missen, z’n humor, z’n standvastigheid, zijn gulheid, zijn vertrouwen en zijn intelligentie. Ook ik heb mogen genieten van alles wat ik van hem geleerd heb in de afgelopen 22 jaar.
    Sterkte in het verwerken van het verlies van Jan en mooi dat je de geweldige herinneringen met hem op papier hebt gezet. Wij als gezin hebben het met veel plezier gelezen.
    Ik ben trots op jou!
    Groet, Wendell

  5. Heel mooi verhaal Marcel, geschiedenis, inderdaad goed voor een film.
    Heel mooi geschreven over Jan. Jij en Jan hadden altijd sterke band.
    Door jou heb ik Jan ontmoet, veel jaren geleden. Toen ging wij allemaal demonstreren op straat met hele personeel van Casa Rosso, ook van Molensteeg en veel andere mensen die allemaal kwamen steunen.
    Jan was geliefd door iedereen, hij was een hele sympathieke man, goede vriend, werkte altijd hard, trouw aan zijn plek aan de deur van Zijn Casa Rosso.

    Ik zal hem missen, heel goede herinneringen aan hem.

    Don Clovis

  6. Hi Marcel wat een ontzettend leuk verhaal, het waren echt tijden om nooit te vergeten.
    Echt leuk om je even te zien en te spreken.
    Xx Greetje Kops

  7. Heel mooi stukje Marcel, ik heb er veel via mijn vader van meegekregen. Maar leuk dat jij het allemaal mooi op een rijtje zet..

    Groetjes Carlos

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *


De verificatie periode van reCAPTCHA is verlopen. Laad de pagina opnieuw.